Op vrijdagavond 14 oktober 2016 werd voor een grote groep belangstellenden het inmiddels traditionele tweejaarlijkse ledengeschenk van de Geschiedkundige Kring gepresenteerd. Even traditioneel betreft het een boek met wortels in de Bergse geschiedenis. Het boekje ‘Twaalf ambachten, één familie’ vertelt over de wederwaardigheden van de familie Rogier in de twee eeuwen die achter ons liggen, en zoomt specifiek in op de bouwer van het orgel, Cornelis Rogier. Behalve de leden van de Geschiedkundige Kring waren voor deze bijeenkomst tevens uitgenodigd (en aanwezig) nazaten van de familie Rogier en leden van de stichting Vrienden van het Ibach orgel.
Willem Vermeulen memoreerde dat het meeste van wat de in de titel van het boek genoemde twaalf ambachten voortbrachten, weinig bekend is in het Bergse, en nog minder is terug te vinden. Prominent aanwezig is echter het orgel van Cornelis Rogier, dat in het Bergse steevast het rogier-orgel wordt genoemd, terwijl het toch echt de familie ‘Rozjee’ betreft. De inleider vindt dit even verbazingwekkend als de naam van de schoenwinkelier Plouvier, door Bergenaren aangeduid als ‘plevier’, terwijl Janvier wel degelijk als ‘Zjanvjee’ wordt uitgesproken. Wat hij echter over het hoofd zag was dat de gieterij RNR en de laatste eigenaar ervan tóch werden aangeduid als ‘Rozjee’. Uiterst verwarrend voor ‘inwijkelingen’, terwijl Bergenaren van oudsher zich dit merkwaardige fenomeen in de spreektaal wellicht nimmer hebben gerealiseerd. In het kort vertelde Willem nog het een en ander over de plaatsen in de stad waar het orgel heeft gestaan en gebruikt werd en de schade die een granaatscherf in oktober 1944 aan het orgel toebracht. Zie daarvoor ook het boek ‘Een machtig toonwerk’, pg 106 ev (GK ledengeschenk 2011)
Koert Damveld schetste in een korte inleiding de waarde van de nieuwe publicatie voor de Bergse geschiedschrijving. Ondanks dat de geluidsweergave op het koor van de Gertrudiskerk door echo’s te wensen over laat, verzekerde hij dat de aanwezigen niets misten; hij las eenvoudig de inleiding van zijn hand voor die ook in het boek staat afgedrukt.
Adriaan van Rooden en Marc van der Steen vertelden als samenstellers van dit boek over de aanleiding en totstandkoming, waarvoor dank zij een in de familie bewaard gebleven aantekenboekje van de schrijnwerker Cornelis Rogier veel materiaal tevoorschijn kwam. Dat leidde tezamen met onderzoek wat SIEB deed voor de publicatie Bergen op Stoom uiteindelijk tot het thans gepresenteerde boekwerkje.
In de programmering werd de als intermezzo aangeduide bespelingen van het Rogier-orgel door Janno den Engelsman door diens virtuositeit voor vele aanwezigen haast het hoofdprogramma. Het was genieten voor muziekliefhebbers. Tussen de toespraken door bracht Den Engelsman drie muziekstukken ten gehore. Voor Haydn’s Flötenuhr Musik gebruikte hij alleen de hoge tonen, wat een verrassend fluitconcert oplevert omdat de bij een orgel veelal ook gebruikte/verwachte lagere tonen hierin geheel ontbreken. Een Marche en Andante van een anonieme componist, ontdekt in een muziekverzameling in Venetie laat meer van de tonenrijkdom van het orgel horen, terwijl Fantasia in 3 delen van Georg Philipp Telemann het volledige gamma benut van de 468 pijpen die dit orgel telt [1]).
Tenslotte werd dan toch het eerste exemplaar van het boekje aangeboden. Niemand minder dan Yolande Kortlever viel de eer te beurt om dit (met een gecalligrafeerde opdracht voorziene) eerste exemplaar in ontvangst te nemen. Willem Vermeulen vertelde dat deze aanbieding beschouwd kan worden als een hommage aan Yolande vanwege haar professionaliteit en invloed in de Bergse geschiedschrijving, die veel groter is dan men zich realiseert, ook ten stadhuize. Yolande Kortlever was even sprakeloos, ‘flabbergasted’ zoals ze zei, en dat ze slechts haar hobby tot haar werk had gemaakt. Ter geruststelling van de schrijvers van het boek vertelde ze nog dat ook haar eigen teksten ‘in de grill’ gaan voordat ze worden gepubliceerd. (Daar heb je als eenvoudig verslaggevertje bepaald minder last van)
Zoals bekend kunnen de leden van de Geschiedkundige Kring het boek met gebruikmaking van het in de Waterschans 2016-3 gevoegde afhaalbewijs hun exemplaar ophalen. Niet-leden kunnen het boek aanschaffen bij de boekhandels in de stad, of alsnog lid worden, natuurlijk.
[1] Zie ‘Een magtig toonwerk’. 2011, pag 104