In een sfeervolle bijeenkomst in het informatiecentrum van het Markiezenhof werd op vrijdag 21 november 2014 weer een stukje Bergse geschiedenis voor het nageslacht veilig gesteld. Onder aanwezigheid van vele genodigden vond de officiële overdracht plaats van het archief van de haardenfabriek Beckers aan het gemeentelijk archief.
Voor deze gelegenheid waren Piet Beckers en echtgenote Lidy vanuit hun huidige woonplaats Apeldoorn naar Bergen op Zoom gekomen. Ook andere leden uit de Beckersfamilie waren aanwezig.
Marc van der Steen vertelde in zijn inleiding dat deze feestelijke gebeurtenis een plezierig gevolg was van het boek ‘Bergen op Stoom’, waarin de Bergse productiebedrijven vanaf het begin van de industrialisatie tot 1950 werden beschreven. Het onderzoek voor dit boek bracht SIEB ook bij Piet Beckers, zoon van de oprichting ‘Hubertus C. Beckers’, of in de wandeling: ‘Hubert’. Piet was in het bezit van het archief van de voormalige haardenfabriek aan de Moerstraatsebaan (later Buitenvest, c.q. Ravelstraat) die eigenlijk ‘Firma Hubert C. Beckers v/h Kachelfabriek St Jozef’ heette. Het archief bleek een bron van informatie voor de redactie. Het verschijnen van het boek in 2010 toonde hoe SIEB het moeizaam bijeengebrachte materiaal voor de toekomst vastlegde.
Archief
Cees Boerhout, die samen met Gijs Asselbergs dit deel van het boek produceerde, vertelde over wat hij in het archief zoal aantrof. Naast vele kwitanties en andere administratie cijfers over de productie ook welhaast unieke foto’s in het bedrijf. Van dergelijke foto’s bleek ook een aantal in het bezit van zoon Jan van de toenmalige adjunct-directeur Kriele.
Samen met eerder samengestelde stukken van gemeentearchivaris Mosselveld ontstond een compleet beeld over de historie van deze fabriek, die aan zoveel Bergenaren werkgelegenheid bood, en ook vele bedrijven als modelmakerijen en transportbedrijven aan het werk hield. Kort ging hij nog in op het feit dat Huub lessen volgde aan de Technische Hochschule in Aken en zo het gieterijvak leerde kennen.
Een opmerkelijk deel van het archief vormde een met de hand geschreven verhaal over de avonturen van een niet met nader genoemde hoofdpersoon. De familie Beckers herkent hier zonder veel moeite de pater familias zelf in. Je zou het dus een soort dagboek kunnen noemen.
Tijdens de dagen van de bevrijding in Bergen op Zoom, waarover onlangs nog een boekje van Jo Huismans is verschenen, is juist bij de zoombrug aan de Moerstraatsebaan zwaar slag geleverd. De fabriek van Beckers heeft daarbij forse oorlogsschade opgelopen, hetgeen in verslagen en foto`s is terug te vinden. Eén foto vermeldde hij nog: een pannetje met overkokende melk op een fornuis. Deze werd gebruikt voor reclamedoeleinden; de laklaag op Beckers haarden was namelijk van dien aard dat deze melk niet inbrandde, afvegen was voldoende. Een kennelijk belangrijk verkoopargument.
Met gevoel voor humor vertelde Cees dat zorgvuldigheid bij het analyseren van de beschikbare informatie van groot belang was. Hij kon zich namelijk niet voorstellen dat er ooit nog iemand was die dit over zou doen, maar eerder gebruik zou maken van het onderzoeksverslag van SIEB.
Tenslotte meldde Cees nog dat in menige privégarage en – schuurtje in Bergen op Zoom ware museumstukken van de fabriek zijn opgeslagen, in afwachting van een moment dat er expositieruimte beschikbaar komt om een industrieel museum in Bergen op Zoom in te richten.
Saamhorigheid
Piet Beckers vertelde vervolgens over het bedrijf en hoe dat met mensen omging. De onderlinge sfeer was doordrongen van de geest van Hubertus. Beckers nam de mensen serieus en waardeerde ze op hun kunnen. Zo kon men spreken van goede werknemers in een goedlopend bedrijf. Zelfs een ondernemingsraad was er al vroeg in dit bedrijf. De saamhorigheid in het bedrijf was zodanig, dat bij de voorbereidingen voor het 50 jarig bestaan er meer dan 60 man plaatsnam in allerlei commissies.
Het bedrijf ging teloor na de fusie met het noodlijdende Becking en Bongers uit Ulft, vooral als gevolg van foute beslissingen door de hoofddirectie die in Ulft gevestigd was. De gasbel in Slochteren die vaak als boosdoener wordt beschouwd, had daar volgens Piet Beckers weinig mee te maken: alle haardenfabrikanten waren binnen een half jaar klaar voor de productie van gaskachels, ook Beckers. Later die middag bevestigde een oud-werknemer van Beckers dit impliciet: kort voor het faillissement had de plaatwerkerij volop werk en breidde zelfs nog uit. De gieterij daarentegen leverde gietwerk aan derden waar mogelijk, maar die terugloop was niet te stuiten. Achteraf bezien zou die plaatwerkerij wellicht als verzelfstandigd bedrijf hebben kunnen overleven.
Fonds
De sociale sfeer bij Beckers leidde er toe dat er bij het 50 jarig bestaan van het bedrijf een apart fonds werd opgericht om bijzonderheden die zich onder het personeel voordeden, met een extra financieel ruggesteun(tje) tegemoet te komen. Ook andere doelen als Tafeltje Dekje werden vanuit dit fonds bedacht. Het bestuur van dit fonds berust bij de familie Beckers. Berust, want het bestaat nog steeds.
De contacten met SIEB brachten de familie Beckers er toe om zaken die verband hielden met de fabriek nu af te ronden door het bestaande archief van de fabriek onder te brengen bij het gemeente-archief. Eerder was het al aan SIEB overgedragen, doch beide partijen meenden dat het in het archief het best voor de Bergse gemeenschap bewaard kon worden. Door het zetten van handtekeningen werd dit besluit bekrachtigd, en door Mireille Franken namens het Markiezenhof in ontvangst genomen. Zij beloofde dat het archief op korte termijn gedigitaliseerd wordt en dan voor iedereen toegankelijk is. Daar rekenen we op…
Liquidatie fonds
Als tweede element in deze afronding zei Piet Beckers dat ook het bedoelde Beckers bedrijfsfonds wordt opgeheven. Het kapitaal van € 25.000 gaat conform de oorspronkelijke doelstelling en het besluit van het bestuur ten goede komen aan drie goede (Bergse) doelen. Zo gaat € 5.000 naar de Stichting Welzijn Ouderen, en eenzelfde bedrag naar de Stichting Bergen op Zicht, een nog jonge stichting die een soort ‘banenmarkt’ organiseert voor verenigingen zonder winstoogmerk. Daarnaast laat het fonds een wens van SIEB in vervulling gaan: € 15.000 wordt beschikbaar gesteld voor het inrichten van een zelfstandige tentoonstellingsruimte voor het industrieel erfgoed dat nu zoals boven vermeld betere tijden staat af te wachten in garages en schuurtjes. Voorwaarde is dat deze ruimte binnen vijf jaar na nu wordt gerealiseerd. Mocht dit niet lukken, dan vervalt het bedrag alsnog aan de beide andere genoemde instanties. Dat kan nog spannend worden! Marc van der Steen wist al een naam voor de beoogde ruimte: de Hubert C. Beckerszaal. Die gaan we hopelijk binnen afzienbare tijd in bijvoorbeeld het Markiezenhof dus zien verschijnen.
Warmte
Met recht kan dan ook worden gesteld dat deze besluiten van deze tweede (fabrieks-)generatie Beckers weer warmte in de stad brengen; beide besluiten komen immers ten goede aan brede lagen in de Bergse samenleving. Dat dit in het verlengde ligt van een lange traditie blijkt uit het Ten geleide in een boekje dat ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan aan personeel en relaties werd aangeboden, getiteld: “Eigen haard is goud waard”. Het werd geschreven door Leonhard Huizinga die in het Ten geleide het volgende vermeldde:
Ten geleide
Ik kan de historie van Beckers Haardenfabriek in Bergen op Zoom niet beter weergeven dan door hieronder letterlijk de inhoud van een brief af te drukken, die ik van Beckers jr. ontving in antwoord op mijn verzoek om enkele nadere gegevens.
‘Mijn vader, Hubertus Cornelis Beckers, werd geboren op 14 December 1883 en stierf op 28 Oktober 1954.
Op 8 September 1911 kocht hij een bijkans failliete zaak in de Zuivelstraat, op dat moment nog bestaande uit een ijzerwinkel en een werkplaats waar kachels werden gemaakt. Tijdens de overname werkte er nog maar één man, maar mijn vader heeft zo snel mogelijk de mensen, die waren ontslagen, opnieuw aangenomen, zodat de bezetting steeg tot achttien. De winkel werd zo spoedig mogelijk buiten bedrijf gesteld. Het aantal werknemers is thans circa zeshonderd.’Wat moet ik hier nog aan toevoegen? In deze luttele regels ligt de hele geschiedenis van een halve eeuw vlijt en durf opgesloten.
Is het wonder, dat de opvolgers van de stichter trots zijn op het werk, dat zij van hem hebben overgenomen?
Is het wonder, dat zij allen dit jubileum waardig willen vieren, naar binnen en naar buiten?
Is het wonder, dat zij allen, die direct of indirect in aanraking komen met Beckers Haardenfabriek, in hun vreugde willen laten delen?
Zij hebben met dit kleine jubileumgeschenk de originaliteit, die hun bedrijf kenmerkt, nog eens bevestigd. Zij hebben mij niet gevraagd om hun bedrijf en hun producten te bezingen. Zij hebben mij alleen verzocht om aan de vrienden, kennissen en relaties van Beckers Haardenfabriek aan te tonen, dat Beckers haarden nog meer kunnen doen dan uw huis verwarmen. Veel meer!Leonhard Huizinga