Voor aanvang van de rondleiding geeft Peter Bogers nog wat aanwijzingen en vertoont een film over de restaratie vanaf 2004
Voor aanvang van de rondleiding geeft Peter Bogers nog wat aanwijzingen en vertoont een film over de restaratie vanaf 2004

De Grebbe was als rijksmonument ook toegankelijk op de zaterdag van het monumentenweekend op 14 september 2013. Voor een beperkt aantal mensen, kaarten afhalen bij VVV, die binnen vijf minuten was ‘uitverkocht’. Gelukkig was uw correspondent één van de gelukkigen. Heeft u ten minste een verslag, al is dat maar surrogaat vergeleken met een echt bezoek. Al is alleen het gedeelte tussen Gevangenpoortstraat en Beursplein voor publiek toegankelijk, toch duurt de rondleiding een uur en dát was eigenlijk nog te kort.

Meer dan riool

Om de Grebbe als oud stadsriool af te doen is veel te kort door de bocht. Tijdens een bezoek aan deze gemetselde ‘grot’ gaan je ogen pas goed open. Heel de geschiedenis van Bergen op Zoom vanaf bijna de eerste bewoners tot vandaag is hier af te lezen. Daarvoor is wel een deskundige gids als Peter Bogers van de gemeente Bergen op Zoom nodig. Maar dan zie je ook ineens dat er nog stukjes kademuur staan in gobertangesteen; de eerste 13e eeuwse kantversterking van het toen nog geheel open (en schone) water. Daar bovenop zijn later de zijden verhoogd, hetzij als afscheidingsmuurtje, hetzij als aanzet voor de overkluizing. Deze overkluizing is vaak per perceel apart aangepakt en anders gebouwd. Er zijn dan ook heel veel boogjes zichtbaar op de plekken waar weer een nieuw stukje van het gewelf begint. In die overkluizing zijn diverse soorten openingen aanwezig; in het verleden werd het afvalwater via een soort uitloop zó in de Grebbe gestort. Van latere datum zijn de aardewerken gresbuizen, toen huizen van waterspoeltoiletten werden voorzien.

Aaneengesloten gewelf

De Grebbe achter het spuihuis. Rechts is het begin van de Dubbelstraat te zien. Dit was het laatste open deel van de Grebbe en werd in de jaren '50 als laatste overkluisd.
De Grebbe achter het spuihuis. Rechts is het begin van de Dubbelstraat te zien. Dit was het laatste open deel van de Grebbe en werd in de jaren ’50 als laatste overkluisd.

Het laatste open gedeelte van de Grebbe lag achter de huizen aan de Rijkebuurtstraat. Oudere Bergenaren herinneren zich wellicht nog dat stukje water achter het spuihuis tot aan de Nieuwe Markt (deze markt is mét de aanliggende Blokstal I verdwenen bij aanleg van de Westersingel). Dat stukje Grebbe is in 1953 overkluisd waarmee de aanliggende percelen plots de beschikking kregen over een tuin die reikte tot aan de Moeregrebstraat. De Grebbe was vanaf toen niet meer dan een (oud) stuk afvoerriool dat loopt vanaf het Ravelijn (Pielekeswater) onder alle aanliggende percelen door zoals de Armenblok en Markiezenhof, maar ook alle huizen aan de zuidzijde van de Vismarkt (St Catharinaplein) en de Moeregrebstraat. Oud, en daarom bepaald onderhoudsgevoeliger. Waar nodig werd dan ook gerepareerd, op (al te) moderne wijze door bijvoorbeeld een betonplaat  te leggen op de plaats van een gewelf in slechte staat.

Monument

De rechterzijde van de boog is mettertijd behoorlijk ingezakt, en is nu gered. De dikke grijze pijp is een zuigbuis op de regenwaterleiding die door de brandweer gebruikt kan worden. Bij de brand in de Draak op 25 februari jl heeft hij dienst gedaan en was volgens de brandweer zelfs onmisbaar voor de wateraanvoer.
De rechterzijde van de boog is mettertijd behoorlijk ingezakt, en is nu gered.
De dikke grijze pijp is een zuigbuis op de regenwaterleiding die door de brandweer gebruikt kan worden. Bij de brand in de Draak op 25 februari jl heeft hij dienst gedaan en was volgens de brandweer zelfs onmisbaar voor de wateraanvoer.

Gelukkig is mettertijd het bewustzijn ontstaan dat de Grebbe eigenlijk een monumentaal bouwsel is. Dat besef is uiteindelijk gehonoreerd toen het in 2002 nota bene als rijksmonument werd erkend. Daarbij werd onder meer waardering uitgesproken over “de omvang, gaafheid en zeldzaamheid van de Grebbe gerelateerd aan vergelijkbare riolen in Nederland”. Dank zij deze erkenning kwamen middelen voor restauratie beschikbaar. En dat werd hoog tijd. Grote delen van de overkluizing waren in slechte tot zeer slechte staat. De slechtste delen waren dan ook niet te redden. Daar zijn nieuwe draagbogen onder gebouwd. Met moderne steen, zodat ook latere generaties het onderscheid tussen de jaren van (her)bouw goed kunnen onderscheiden. Voor een dieper gravende uitleg over de geschiedenis van de Grebbe zij het artikel van Marco Vermunt  “De Grebbe uitgediept” in de Waterschans van september 2000, pag 103 ev meer dan aanbevolen.

Herstel

Het gewelf van de Grebbe vormt een lappendeken van metselwerk, waar bij elk stukje een verhaal is te vertellen. En dat doet Peter Bogers dan ook. Sommige bogen zijn indertijd niet recht gebouwd, maar zijn aan de ene kant wat breder dan aan de andere, of zijn door de druk van de bovenliggende grond scheef gedrukt. Wanneer je dan (waar nodig) een nieuwe draagconstructie er onder aanbrengt, komen beide booghelften niet  parallel aan boven. Om dat op te lossen zijn dan een soort ‘sluitspiëen’ gemetseld om de boog te laten dragen. Een fraai stukje metselkunst is het resultaat.

Het grootste deel van het oude gewelf is bewaard gebleven. Omwille van de geschiedschrijving zijn de oude uitlopen van elke leeftijd blijven zitten. Naast het huisnummer is een oude vierkante toegangsopenign te zien, daar boven een oude gresbuis, en middenin de moderne PVC pijp die aansluit op de nieuwe rioolbuis

De kalk waarmee vroeger werd gemetseld was door het bij zware regelval soms metershoge langsstromende water danig weggespoeld. Waar mogelijk is dat vervangen door modern en sterk cement. Niettemin is zoveel mogelijk authentiek bewaard gebleven en dat is veel. Zo bleek op de plek waar destijds de smid van Geel gevestigd was (hoek Beursplein-Moeregrebstraat) het jarenlange gedreun op het aambeeld voldoende om een ferme deuk in de gemetselde overkapping te maken. Althans, volgens Peter Bogers, maar hoe dan ook, die deuk is onmiskenbaar aanwezig. Moeilijk op een foto te zien, maar des te beter als je er naast staat. De goot die vroeger door het midden van de inmiddels verharde bodem liep bestaat nog, maar daar loopt nu een gesloten leiding van pakweg 60 cm diameter door waar alle perceelafvoeren op zijn aangekoppeld. Je ziet op dit moment dan ook een klein woud aan PVC buizen die vanuit de wand of het plafond naar die centrale leiding toe lopen. Zo wordt het afvalwater afgevoerd. Toch kan bij grote regenval de gang waar je als bezoeker in loopt, nog tot bovenin vollopen. Deze ruimte fungeert nu als bufferbekken voor (schoon) regenwater. Dat regenwater wordt afgevoerd via een tweede, onde de betonvloer schuil gaande afvoerleiding. Toen de centrale rioolleiding nog niet was aangebracht liep alle afvalwater dus gewoon de Grebbe in. .

Een compleet geschiedenisboek: kademuur, toegangsopening links in de muur, een hoge opbouw ipv een overkluizing, de rioolleiding, de betonnen bodem met onzichtbaar daaronder een schoon-(regen-)waterafvoer.

Dat was voor degenen die daar met de restauratie bezig waren linke soep. Als je een spoelgeluid hoorde moest je als de bliksem maken dat je weg kwam, of je werd getrakteerd op een onfrisse douche.  Op maandag/wasdag rook het trouwens in de Grebbe zeker anders: fris en zo. Ook dat is niet meer; de centrale leiding is nu echt de ‘endeldarm’ van de stad en sluit alle nare stoffen op. De stank en rattenkolonies zijn dus ook verdwenen. Als bezoeker kom je deze tot de verbeelding sprekende verrassingen gelukkig niet meer tegen.
Tijdens de restauratie was de Grebbe alleen toegankelijk via de bekende putdeksels. Dat betekende dat behalve het personeel ook alle materialen via deze openingen naar binnen gebracht moesten worden. Er was dus bepaald geen ruimte voor machines of andere taakverlichtende hulpmiddelen. Daardoor is alle restauratiewerk, hoe recent ook, noodzakelijkerwijs allemaal echt handwerk. Met die wetenschap neem je je petje wel even af voor de mensen die dit werk doen, en een fraai monument voor ons toegankelijk maken.

De kademuur onder Moeregrebstraat 15 is in zgn. speklagen opgebouwd. Er boven is een oude toegang tot een bij de bewoners tot dan onbekende kelder zichtbaar.

Aardig is dat tijdens de restauratie men soms kelders ontdekte waar de eigenaar van het erboven staande huis het bestaan niet eens van kende. Ook trof men een opening waardoor water met een emmer opgehaald kon worden, of later wellicht het afval door werd gesmeten. Op sommige plekken is er ook een klein vierkant gat voor hetzelfde doel bovenin het gewelf aanwezig. Enige tijd geleden wist een bezoekster te melden dat ze daar als kind gewoond had. Van haar vader kreeg ze de strikte opdracht van dat gat vandaan te blijven, “want als je daar in valt, kom je nooit meer terug”.  Dat zal ook wel kloppen, dat gat bevond zich sowieso al 4 meter boven de grond. Om te weten waar je je bevindt in die lange gang zijn op de wanden de huisnummers aangebracht van de aanliggende woningen in de Moeregrebstraat en Lievevrouwestraat.

Sjagerijn

In de Morganstraat werd op 5 maart 2011 tijdens de carnaval, oh pardon! de vastenavend 😉 het sjagerijn offiesjeel onder de grond gestampt. Daarvan getuigt nog een fraai putdeksel in die straat. Als bezoeker van de Grebbe weet je voortaan dat het sjagerijn in de ruimte tussen het wegdek en de Grebbe zit opgesloten. Lopend door de gang kun je het sjagerijn zelfs nog bekijken. Maar wees gerust, waarschijnlijk ziet hij je niet. Want al zijn zijn nagels volgens Peter Bogers dan gegroeid, hij roert zich niet. Dat zou trouwens ook niet kunnen in de krappe ruimte die dat sjagerijn is toebedeeld. Maar laat de put gesloten, je weet immers maar nooit! “Dan bleft de leut onder ons” volgens de aanwijzing op het deksel.

Onder dit putdeksel in de Morganstraat ligt het sjaggerijn begraven
Ad van der Wegen was destijds aanwezig bij het onder de grond stampen van het sjaggerijn en bekijkt het nu vanaf de andere kant.

Tenslotte: Dit verslagje en foto’s zijn slechts een zeer zwakke weergave van de echte belevenis. Ofschoon Chillground een voorproefje biedt, moet je de Grebbetocht beslist zelf maken. Het is bepaald niet het minste monument dat je bezocht moet hebben om mee te kunnen praten over het rijke erfgoed van het Bergse. De zeer beperkte openstelling maakt je echt spekkoper als je ooit eens in de Grebbe af mag dalen. Dat onderscheidt je als Bergenaar toch van andere, meer ‘gewone’ Krabben. En dan spreekt het voor zich dat een Bergenaar dat dan ook wil laten zien. Daarom zou een speciaal draaginsigne (of in goed Nederlands: button) met de tekst “ ‘k was in de Greb” een logisch onderscheidingsteken zijn, toch? Zoiets wordt met trots gedragen, als was je lid van de Orde der Grebbeliers. Voor zo’n medaille moet dus een  goed en degelijk ontwerp voor komen. Wie neemt de uitdaging aan? AvL

Nieuwe ontwikkeling: krijgt de Grebbe concurrentie als oudste riool?

In Hoorn is bij toeval een oud riool ontdekt (23 januari 2015) onder een oud ziekenhuis dat dateert van 1563. Dat riool is dus waarschijnlijk nog ouder. Lees het op de NOS-site. De gang blijkt onderdeel van een groot overdekt rioolstelsel dat bijna overal is ingestort, maar hier nog gaaf aanwezig is, stelt de gemeente. De gemeente gaat samen met de eigenaar van het monument Vereniging Hendrik de Keyser onderzoeken of de tunnel kan worden behouden. Het is de bedoeling dat de tunnel voor september toegankelijk wordt gemaakt voor bezoekers.

Na noodweer op 26 juli 2015: Grote schade aan de Grebbe. Misschien heeft dit er mee te maken?

Omdat de reactiemogelijkheid op de website nogal wordt geplaagd door spam is deze voorlopig afgesloten. Stuurt u daarom svp een mailtje aan waterschans@ziggo.nl

Vergelijkbare berichten