Dit is het boek dat het verhaal in de wereld bracht dat de val van de vesting in 1747 een (rechtstreeks) gevolg van verraad zou zijn. Een latere publicatie van de Bergse uitgeverij Numa Hasselman en een herdruk daarvan in 1978 door J. van Giels is hierop gebaseerd.
Het commentaar in de Waterschans van 1 december 1978 naar aanleiding van die herpublicatie wordt onder meer aangegeven “dat in het oorspronkelijke werk ‘Amor meer luimig was’ dan in de daarvan afgeleide boekjes. Dat zal de lezer beamen.
Hoofdschotel van het eerste deel is het ontstaan van contact tussen een kapitein van het garnizoen en een Franse kolonel die de vesting incognito, als burger bezoekt. Uiteindelijk wordt de kapitein tot spionage voor het Franse leger gebracht. Tussendoor verhaalt dit deel omstandig over de opbloeiende liefde tussen twee jonge vrouwen en enkele officiers van de bezetting van de vesting.
Het tweede deel is vanuit historisch oogpunt bruikbaarder. Het lijkt, gezien de vele details, samengesteld door een goed geïnformeerde schrijver. De gebeurtenissen in de stad en het Franse leger tijdens de belegering bieden een bepaald geloofwaardige beschrijving van de gebeurtenissen. In hoeverre de beweerde spionage en verraad op feiten of geruchten berusten, is niet verder nagegaan. Wel blijkt uit de beschrijving duidelijk dat de belegering systematisch werd aangepakt.
Het geheel vormt een goed leesbaar, ofschoon aanvankelijk wat langdradig, verhaal van de nog vaak besproken van de ‘onneembare’ vesting Bergen op Zoom.
Voor een breder inzicht moeten zeker publicaties van onderzoekers als Th. A. Boeree, C.G.A. Slootmans en W.A. van Ham én (elders in deze bibliotheek) zeker ook worden bezien. Verslagen van rechtstreekse betrokkenen zoals de dominees Folkers en Jansen geven een beeld vanuit de bewoners van de stad.
Haal dit boek op